Mild, wild en moedig ouderschap en onderwijs

View Original

Veilig terug naar school!

door Adinda Cocquyt — 29/08/2021

Zouden ze nog bestaan, die donkergroene spandoeken met de slogan ‘Veilig terug naar school!‘ erop?
In onze gemeente kon je er vroeger in elk geval niet naast kijken.
De spandoeken dienden om het bewustzijn rond verkeersveiligheid te vergroten, wat uiteraard een goede zaak is.

In deze blog heb ik het over een andere soort veiligheid. Die van de emoties, van een veilig gevoel, van op je gemak zijn, van kunnen terugvallen op aangeleerde strategieën die je helpen omgaan met onrust en angst.

Terug naar school:
5 tools om de overgang te vergemakkelijken


Kinderen kunnen zoveel verschillende emoties ervaren in aanloop naar en tijdens de eerste schoolweek: opwinding, spanning, angst, verwondering, verwachting ...
Je kan als ouder ruimte en aandacht geven aan de emoties van je kind en hen thuis voorbereiden door hun gevoel van onzekerheid en ‘alleenheid’ te omringen met jouw verbondenheid, veiligheid en vertrouwdheid.

Kennismaken met de nieuwe leerkracht en leeftijdsgenootjes, de nieuwe klas, misschien een nieuwe speelplaats, een nieuw gebouw, een nieuwe lunchplek, een nieuwe dagindeling, nieuwe afspraken, regels en rituelen … kunnen misschien minder overweldigend zijn met deze 5 tools.

1. Check-in

Neem in aanloop naar 1 september de tijd en de ruimte om even af te stemmen op je kind, in te checken hoe het gaat:
zo kan zij/hij vertellen hoe het voelt om terug naar school te gaan, naar welke situaties zij/hij uitkijkt, welke eng of spannend aanvoelen. 
Dat kan bijvoorbeeld met een een time-in.
Deze check-in kan helpen om grote emoties te benoemen en beheersbaar te maken, om de lading van die heftige gevoelens er wat af te halen. 

2. Storytelling 2.0

Wat is er leuker dan de hoofdrol spelen in je eigen verhaal?

Met een kort, zelfverzonnen of zelfgeschreven verhaal kan je kinderen helpen bij de overgang naar nieuwe, enge of verwarrende situaties.
Het helpt verwachtingen en sociale signalen/regels te begrijpen, en kan worden gebruikt als hulpmiddel om uitdagend gedrag aan te pakken en nieuwe vaardigheden aan te leren. 

Door in je verhaal de gebeurtenissen op een speelse en grappige manier te laten verlopen kunnen angst of onwetendheid rond bepaalde zaken op die manier verkleind worden of misschien zelfs verdwijnen.

Kinderen leven vaak vanuit hun emotionele rechterhersenhelft terwijl ze ondertussen de vaardigheden van de logische linkerhersenhelft ontwikkelen.
Zo’n zelfgeschreven verhaal met je kind in de hoofdrol kan helpen om beide delen van de hersenen te integreren, zodat je kind zich kan verbinden met haar/zijn emoties rond wat er gebeurt en ze ook kan verwerken.
Deze vorm van coregulatie kalmeert hun zenuwstelsel als ze denken aan naar school gaan.

3. Kondig overgangen aan

Als kinderen van tevoren weten wat er gaat gebeuren en wat niet, hebben ze de kans om hun gedachten en gevoelens daarover te verwerken en kunnen ze zich beter voorbereiden op wat komen gaat.

Praat met je kind over hoe school eruit zal zien in eenvoudige, concrete bewoordingen.
- Wat zijn de namen van de meesters en juffen?
- Hoe ziet de ochtendroutine er thuis uit? Maak het samen!
- Wat moeten ze elke dag in hun schooltas of rugzak stoppen?
- Hoe gaan ze naar school?
- Wat eten ze ‘s middags?
- Blijven ze in de opvang na school?
- Wat kunnen ze doen als ze zich alleen / boos / bang / onzeker … voelen?

Een handige tool om je kind te helpen deze overgangen op een concrete manier te verwerken is gebruikmaken van visuals.
Maak foto's van de taken die je kind aan het doen is of print foto's van het internet of laat je kind zelf de verschillende stappen tekenen van wat moet gebeuren.
Zo kan je een visuele tijdlijn (=routinekaart) maken.
Kinderen houden van voorspelbaarheid.
Met routinekaarten weten ze wat ze kunnen verwachten, hoe ze zich kunnen focussen op een taak en een gevoel van veiligheid kunnen ervaren in deze nieuwe, mogelijk heel verwarrende tijd.

4. Rollenspel

Voorspelbaarheid is voor kinderen heel belangrijk: het helpt hen een veiliger gevoel te krijgen.
Vaardigheden oefenen die voor je kind wat moeilijker liggen kan het gevoel van self-efficacy* verhogen, want oefening zorgt voor meer comfort, meer zelfvertrouwen, meer geloof in eigen kunnen.
Levensechte situaties naspelen geeft kinderen de kans om problemen op te lossen, sociale vaardigheden te oefenen en een beeld te vormen van hoe iets eruit zou kunnen zien of zou kunnen aanvoelen als het echt gebeurt.

Kijk of je kind vaardigheden mist die van invloed zijn op haar/zijn vermogen om aan de schoolverwachtingen te voldoen.
Heeft zij/hij bijvoorbeeld moeite met het reguleren van emoties of met impulscontrole?
Of zijn sociale situaties - zoals vrienden maken of praten met leeftijdsgenoten - misschien moeilijk? 

Je kan verschillende schoolscenario's naspelen met je kind, vooral die waar zij/hij onzeker over is of die waarmee zij/hij moeite heeft.
bv. “Stel je voor: het is speeltijd en iemand botst keihard tegen jou …
Of: een kindje uit je klas pakt jouw drinkfles af …“
Speel dan samen wat je kind kan doen met haar/zijn woorden, lichaam, gedrag … om met deze situatie om te gaan.

Je kan vaardigheden thuis - een veilige plek voor je kind - oefenen door middel van rituelen en spel. 
Hier zijn enkele spelletjes die je met je kind kan proberen om verschillende sociaal-emotionele vaardigheden te oefenen: 

  • Telefoontje - leert impulscontrole, focus en aandachtig luisteren en voelen

  • Jef zegt: pingelen - Leert lichaamsbewustzijn, motorische ontwikkeling, het volgen en geven van aanwijzingen, volgordebepaling

  • 1,2,3 piano - voor het leren van impulscontrole, zelfbewustzijn, zelfbeheersing, focus

  • Mens, erger je niet - Leert om de beurt af te wachten, zelfbewustzijn, sociale vaardigheden, emotieregulatie, impulscontrole, problemen oplossen, communicatievaardigheden

5. Weet wat je kan verwachten

Onrust, spanning of angst heeft vele gedaantes.
Bij kinderen kan het eruit zien als:

- Boosheid: de perceptie van dreiging, gevaar, stress kan genoeg zijn om de vecht/vlucht-respons te triggeren die je kind boos maakt zonder te weten waarom.
- Slaapmoeilijkheden: problemen hebben om in slaap te vallen of geen goeie nachtrust hebben is voor kinderen een van de belangrijkste parameters voor onrust of angst.
- Opstandigheid & driftbuien: het is makkelijker om je kind zijn uitdagend gedrag te bestempelen als ‘opstandig’ of ‘dwars’ in plaats van het te zien als een manier om te proberen een situatie onder controle te krijgen waarin ze zich hulpeloos, bang en gestresseerd voelen.
- Woedeuitbarsting: gebeurt wanneer een kind, dat er op het eerste gezicht kalm uitziet, plots uitvliegt omwille van een bagatel.
Ze hebben hun angst en pijn zo lang en zo diep proberen wegduwen dat ze bij een onschuldige opmerking of iets wat ze zien of horen gewoon keihard flippen.
- Weinig focus: Kinderen die angstig of gestresseerd zijn zitten zo gevangen in hun eigen gedachtewereld dat ze niet kúnnen letten op wat om hen heen gebeurt.
- Vermijdgedrag: Kinderen die proberen een specifieke persoon, taak of plek te vermijden zullen dat wat ze proberen vermijden nog sterker en intenser voelen.
- Negativiteit: Mensen - en dus ook kinderen - met angstproblemen hebben de neiging om negatieve gedachten veel intenser te ervaren dan positieve.
- Overplannen: Overplannen en opstandigheid gaan hand in hand als het gaat over het omgaan met angst: proberen om controle te krijgen over de situatie. Sommige kinderen zullen dus ‘ambetant, dwars’ gedrag vertonen om controle te krijgen, terwijl anderen alles proberen te plannen, terwijl dat vaak niet nodig is. Bv. bij een verjaardagsfeestje 100 vragen stellen over de kinderen die er zijn, over hoe je moet reageren in een bepaalde situatie … alsof ze in hun hoofd voor elk mogelijk scenario een plan A, een plan B én een plan C in gedachten hebben.

Gedrag is communicatie

Gedrag is communicatie. Altijd.
Kinderen communiceren hun binnenwereld voornamelijk via hun gedrag omdat ze vaak niet weten wat er in hen omgaat en/of hoe ze het moeten omschrijven.
Het gedrag van een onrustig of angstig kind observeren is vergelijkbaar met het kijken naar de top van een ijsberg: onder dat gedrag ligt namelijk nog een hele wereld aan emoties, ervaringen, overtuigingen en behoeftes verscholen.

Jane Nelsen (oprichter van Positive Discipline) zegt: een kind IS niet lastig, maar HEEFT het lastig.
Aan ons om hen de ruimte te geven en de emoties die achter dat gedrag schuilgaan op een veilige manier te kunnen ervaren en verwerken - zonder verwijten, zonder hun gedrag persoonlijk te nemen (keimoeilijk, I know!), zonder hen de les te spellen …

Wat doe je na de eerste schooldag?

Lees het in deze blog.

*self-efficacy = het geloof en vertrouwen in jezelf dat je met moeilijke situaties of lastige gevoelens kan omgaan.


📷 foto: Adinda Cocquyt
📄 tekst: Adinda Cocquyt, geïnspireerd op het werk van Jane Nelsen, Ashley Patek, Renee Jain
💌 nieuwsbrief ontvangen? Klik hier.
🤗 Zeer welgekomen in mijn besloten FB-groep Ouderschouders.
👀 Lees hier mijn blog 'Afgestemd afscheid aan de schoolpoort.'