Verder dichten
Die avond besloot ik
om wat verder te dichten
aan het gat in mijn zin.
‘k Vroeg ’t me af
en aan mezelf
of één woord de leegte
op kon vullen.
Hoe de krater is ontstaan.
De vulkaan intussen
sussend en sissend
met veel moeite
tot zwijgen gebracht.
Het beest getemd
en de ruimte gelaten
voor nieuwe woorden,
een taal met
botsende klinkers
zoals wij. Gaan hard.
Niet weten
waar de draad ligt
Dat hij rood is, staat vast.
Ik probeer. Te rijmen. Te passen.
Te begrijpen. Te plaatsen.
De woorden – uitgesproken of net niet
De tong gedraaid, op de lip gebeten
Verbeten om ze
Op mijn zinnen te zetten.
Totdat ik voel en weet
Het heeft weer zin.
Om te dichten
In te keren
te buigen voor
het lek, de bres.
En het nieuwe, vers tussen ons in.
Adinda — 12.09.2019